Bij veel betonnen structuren is de levensduur dewelke bij het ontwerpen was voorzien ruim overschreden. Vooral vanaf de jaren ’60 en ’70 was er een enorme toename van het gebruik van beton. Weliswaar was het gebruik van de materialen en de uitvoeringstechnieken veel minder duurzaam dan de huidige normeringen. Ook het onderhoud, laat staan de monitoring, was toen geen alledaags item.
De schade aan beton kan ingrijpend zijn, en soms zelfs ronduit gevaarlijk. Interventies die zich uiteraard niet beperken tot enkel de esthetische aspecten dringen zich op. Een grondige diagnose van de betonkwaliteit, het uitwerken van een plan van aanpak met betrekking tot het realiseren van een duurzame herstelling, het aanbrengen van een optimale bescherming van het beton, het monitoren van de betonkwaliteit, … het zijn maar enkele ingrepen om in de toekomst een duurzame betonkwaliteit te garanderen. Oplapwerk, snel falende betonherstellingstechnieken worden niet geaccepteerd.
CO2-uitstoot verminderen door het uitvoeren van betonherstellingen
Om de beheersing en de vermindering van CO2-uitstoot te realiseren kan een duurzame herstelling van betonschade een enorme bijdrage leveren.
Een duurzame betonherstelling kan er immers voor zorgen dat bestaande betonconstructies behouden kunnen blijven. De afbraak en afvoer van beton kan hierdoor enerzijds worden beperkt, terwijl anderzijds de productie van nieuw beton hierdoor quasi niet nodig is. Omdat er geen nieuw cement moet worden geproduceerd is er sprake van een enorme vermindering van CO2-uitstoot.
Om de levensduur van de beton te verzekeren is het aanbrengen van een degelijke beschermende coating een enorme bijdrage al of niet in combinatie met andere technieken zoals oa. het plaatsen van een kathodische bescherming.